Wie meent dat Openbaring symbolisch gelezen moet
worden, ziet twee misvattingen van Johannes over het hoofd. En daar er
geen woord aan Openbaring mag worden toegevoegd of afgedaan, verdienen de
twee genoemde misvattingen van Johannes alle aandacht.
De eerste misvatting wordt zichtbaar als Jezus de zeven
brieven dicteert. Het dicteren onthult dat Johannes het gezicht over de
zeven steden en hun gemeenten toen nog niet als profetie zag. Zijn onvermogen
tot schrijven brengt aan het licht, dat hij in het gezicht over de zeven steden en hun
gemeenten niet meer zag dan de toestand zoals die in zijn tijd was. Hij zag
toen nog hetzelfde wat bijna alle uitleggers vandaag in de zeven brieven aan de
engelen zien.
Zijn misverstaan van het gezicht wordt zichtbaar bij
de tweede misvatting in Openbaring 22, als hij de engel wil aanbidden die
een "collega-profeet" van Johannes blijkt te zijn! Want deze engel noemt
zich een profeet en Johannes een collega. Daar Johannes een profeet is, heeft hij
toen evenals de engel profetieën van God gekregen. Die profetieën zijn
de zeven brieven!
Het protest van de engel leert Johannes en ook elke uitlegger de brieven als
profetieën te lezen. Beide misvattingen maken bekend dat de zeven brieven
profetieën zijn die Jezus waarmaakt.
Door toepassing in de tijd maakt Jezus de bijzonderheden van de zeven steden
en hun gemeenten tot profetie. Jezus maakt de brieven tot profetie als Hij de toestand van de wereld en de Kerk na Pinksteren achtereenvolgend
gelijk maakt aan die van de zeven steden en hun gemeenten uit de dagen van
Johannes. Terwijl de plaats van de brief in de reeks van zeven de tijd
aangeeft tussen Pinksteren en de wederkomst.
Door de brieven als profetieën van Jezus te verstaan leert men de zeven tijden
kennen, terwijl het
zaligmakende geloof de maatstaf is!
Uitleg en toepassing van de brieven tussen Pinksteren
en nu en de boekrol vindt u in de herziene druk:
"Sporen van de wederkomst van Jezus Christus".
Dit
nieuwe boek met ISBN 97894 6402 7846 is te verkrijgen bij:
Want Jezus komt niet zonder taal of teken terug om de mensheid te
oordelen. Jezus verbreekt volgens Openbaring 5:10 de zegels van de verzegelde boekrol, zodra Hij uit elke stam en taal en volk en natie een
koninkrijk van priesters heeft gemaakt en het evangelie naar het woord van
Mattheus 24:14 alle volken is verkondigd. Voordat Jezus komt, verbreekt Hij
de zegels van de boekrol om allen die Hij liefheeft te straffen en te
tuchtigen (Openbaring 3:19). Dat gebeurt in de zevende periode als de
toestand van de wereld gelijk is aan die van de stad Laodicea en de
Kerk gelijk aan zijn gemeente, wat nu volgens Openbaring het geval is!
Ds. R.H.
Keegstra.
NAAR BOVEN