Dood door Gods oordeel.
Openbaring 14: 1-14.
-
Tekst: “En ik hoorde een stem uit de hemel zeggen: schrijf, zalig zijn de
doden, die in de Here sterven, van nu aan. Ja, zegt de Geest, dat zij
rusten van hun moeiten, want hun werken volgen hen na.” Openbaring
14:13.
Na het lam, dat sprak als de draak, verschijnt het Lam
Gods. En het Lam staat er niet alleen, met Hem zijn er 144.000 gelovigen.
Het Lam Gods lijkt hier de hemelse beloften naast die van het beest uit de
aarde te stellen. Immers, op de berg Sion gaf Jezus zijn leven als Redder.
Doch de 144.000 hebben behalve de naam van Jezus ook die van zijn Vader op
hun voorhoofden geschreven. Beide namen op hun voorhoofden tonen behalve
eenheid, ook een bijzondere relatie tussen Jezus als het geslachte
Lam en God de Vader:
-
“En ik zag en zie, het Lam stond boven (RHK) de berg Sion en met Hem
honderd vier en veertig duizend, op wier voorhoofden zijn naam en de naam
zijns Vaders geschreven stonden”.
Die relatie blijkt uit de diepe betekenis van de plaats
van het Lam en het geluid uit de hemel. Want boven de berg Sion, dat is
Golgotha, gaf Jezus zijn leven aan het vloekhout als losprijs.
Maar tegelijk met het zien van het Lam en de 144.000 krijgt Johannes een
donderend geluid uit de hemel te horen. Een geluid dat klinkt als donderend
geraas van vele wateren en als zware donderslagen. Donder is in de Bijbel de
stem van Gods toorn over zonden van mensen.
Doch hier overdonderen donderslagen het Lam boven Sion en de 144.000
eerstelingen. Gods toorn tegen het Lam boven Golgotha verandert de dood des
Heren in een vreselijk oordeel. Want de plaats van Jezus met de zijnen boven
Golgotha terwijl de hemel Gods toorn laat horen, duidt zonder meer op het
uur van Gods veroordeling van de Zoon.
Ofschoon men heden in de kerken zwijgt over Gods
oordeel bleef Johannes luisteren naar de zware donder als teken van Gods
toorn. Doordat hij bleef luisteren, werd de relatie tussen Gods toorn en het
Lam boven Golgotha voor Johannes tenslotte tot muziek van citerspelers.
Daar de citer een
muziekinstrument is voor volksliederen, brengt de toornende God tegen
Gods Zoon bij Johannes de dodelijke schuld van hemzelf in het vizier, maar
ook de uitweg. Door Gods vreselijke oordeel over Jezus kan Gods Zoon velen
redden van de hellesmarten! Wat Johannes in de veroordeling van Jezus hoorde
en ervaart, geldt ook voor de 144.000.
De honderd vier en veertig duizend leerden door Gods veroordeling van Jezus
de echtheid van hun eigen zonden kennen. Zij bezingen Gods oordeel
over Jezus in een nieuw lied. Zij geloven dat door de veroordeling van Jezus
hun oordeel kan worden weggenomen:
-
“En ik hoorde een stem uit de hemel, als de stem van vele wateren en als
de stem van zware donder. En de stem die ik hoorde was als van
citerspelers, spelende op hun citers; en zij zongen een nieuw gezang voor
de troon en voor de vier dieren en de oudsten; en niemand kon het gezang
leren dan de honderd vier en veertig duizend, de losgekochten van de
aarde”.
Elke gelovige die door Gods veroordeling van Jezus de
echtheid van zijn schuld ontdekt en in geloof Jezus smeekt om genadige
vergeving, vreest ook God de Vader. Wie door vrees en beven over Gods
blijvende toorn over de persoonlijke zonden de uitweg in Christus zoekt,
bedrijft geen ontucht met vreemde vrouwen, maar volgt zijn Meester door Gods
wet te doen. Hun zingen is niet naar de mens. Want in plaats van Gods liefde
bezingen zij Gods vreselijke oordeel over Jezus, waardoor ze de ernst van
hun eigen zonden en schuld onder ogen zien. De eerstelingen zingen dus niet
over de hemelse beloften, maar over de rauwe werkelijkheid van Gods oordeel
over Jezus, waardoor ze de uitweg in Jezus door nood leerden aanbidden.
En daar de 144.000 eerstelingen zijn, is hun doen en laten tot voorbeeld
voor alle gelovigen:
-
“Dezen zijn het, die zich niet met vrouwen hebben bevlekt, want zij zijn
maagdelijk. Dezen zijn het, die het Lam volgen, waar Hij ook heengaat.
Dezen zijn gekocht uit de mensen als eerstelingen voor God en het Lam”.
Veel christenen uit de één
en twintigste eeuw hebben geen boodschap aan Gods toorn. Dezen stellen
tegenover Gods toorn de liefde van Jezus. Maar ook al wordt heden de dood
van Gods Zoon eenzijdig als teken van Gods liefde verstaan, de hemel spreekt
heel andere taal!
Waar God niet meer wordt gevreesd, wordt lichtvaardig om gesprongen met Gods
heil. En waar Gods aandeel in het heil niet wordt ervaren, wordt Gods wet
lichtzinnig overtreden. Met name in de eindtijd zullen velen in de naam van
Jezus komen, terwijl ze Gods oordeel doodzwijgen. Doch zonder het te weten
hebben dezen geen deel aan Gods koninkrijk.
Daar in onze tijd vele
christenen voorbij gaan aan Gods oordeel bij de dood van Christus, is dit
gezicht een ernstige waarschuwing en oproep tot bezinning over de weg tot
Gods rijk. De rie-enige God wil gevreesd en geëerd worden als Schepper en
Onderhouder, die het wereldgebeuren leidt en bestuurt overeenkomstig zijn
geopenbaarde raadsbesluit.
Doch om te voorkomen dat geroepenen met een ingebeelde hemel verloren gaan,
laat God naast het donderende geluid uit de hemel ook nog drie engelen
optreden.
De eerste engel vliegt
voortdurend met het evangelie heel hoog boven aan de hemel. Die plaats hoog boven aan de hemel met het evangelie in de hand brengt de bijzondere relatie
tussen Gods vreselijke oordeel en de dood van Jezus onder de aandacht van
elke lezer. Door Gods vreselijke oordeel over Jezus komt de ernst van de
eigen schuld in het vizier. Want in plaats van aandacht voor het eeuwig
evangelie roept de engel met luide stem om God te vrezen en te eren. Hij
doet deze luide oproep met het evangelie in zijn hand. Zijn woord wekt de
hoorder op, in de dood van Gods Zoon allereerst de ernst van de eigen zonden
te zien. Want hij roept op God te vrezen juist en alleen door het uur van
Gods veroordeling van Jezus.
Wanneer de engel de dood
van Jezus verbindt met het uur van Gods oordeel, krijgt het evangelie een
ander aanzien. Door de verbinding van het evangelie met Gods oordeel leert
de engel in de dood van Christus iedereen zijn eigen zonden en schuld af te
lezen en te belijden.
Om dit in te zien moet men bedenken dat Johannes
opnieuw profeteert. De achtergrond van dit gezicht is de toestand van Israël
en de Kerk in de eindtijd en hun ingebeelde rijkdom. Want in de eindtijd zal
de christenheid lauw zijn als de gemeente van Laodicea. Dan zal men menen
rijk te zijn in Christus, terwijl men niet weet dat men blind is, naakt
zonder Christus!
Wie dan ook meent dat men vandaag gemakkelijker behouden kan worden zonder
druk van schuld, lette er op dat het in dit gezicht gaat om het eeuwige
evangelie aan alle volken!
Dit gezicht ontmaskert alle
preken in de kerken die naar de mens zijn. Er wordt heden in de kerken
alleen gepreekt over de rijkdom in Christus. Nergens wordt in de dood van
Christus het vreselijke oordeel van God gezien. In kerken waar God de Vader
wel bij de heilsweg wordt betrokken, gebeurt dit onder de noemer van zijn
verkiezende genade. Ondertussen wordt niet gezien dat God zijn oordeel over
Jezus gebruikt om de eigen schuld te ontdekken.
De oproep van de engel met het evangelie om God te vrezen en te eren, omdat
het uur van zijn oordeel in de veroordeling van Jezus openbaar is geworden,
vindt men niet troostvol:
-
“en hij had een eeuwig evangelie, om dat te verkondigen aan hen, die op de
aarde gezeten zijn en aan alle volk en stam en taal en natie; vreest God
en geeft Hem eer, want de ure van zijn oordeel is gekomen. En aanbidt Hem,
die de hemel en de aarde en de zee en de waterbronnen gemaakt heeft”.
Maar dit is niet alles.
De engel hoog boven aan de hemel met het evangelie wordt gevolgd door een
andere engel. Ook deze engel legt verbinding tussen Gods toorn en het
evangelie. Daar de tweede engel de eerste navolgt, is ook bij deze engel
Gods toorn het uitgangspunt. Dat wil zeggen als de tweede engel tweemaal
zegt dat het grote Babylon gevallen is, gaat niemand vrij uit maar dient
iedereen zijn betrokkenheid bij haar ondergang te toetsen.
De tweede engel gebruikt de
ondergang van het grote Babylon als teken, dat God zo zal doen met iedereen
die Jezus niet in oprechtheid om vergeving bidt. Het tweemaal noemen van de
val van Babylon is een verzekering, dat de ondergang van Babylon door de
Here gebeurt.
De woorden van de tweede engel zijn zeer actueel, omdat dit oordeel al bezig
is in het door oorlogen verwoeste Babel of Irak. Haar ondergang moet
gelovigen vol vrees losmaken van de aarde en haar begeren, en doen sterven in
de vreselijke dood des Heren:
-
“een tweede engel volgde, zeggende: gevallen, gevallen is het grote
Babylon, dat van de wijn van de hartstocht van zijn hoererij al de volken
heeft doen drinken.”
Gods vreselijke oordeel
over Gods Zoon toont open en bloot de zonden en schuld van elk mens, opdat
men zich bekeert en redding en verlossing zoekt bij Jezus, en die
gekruisigd.
In plaats van Gods oordeel in de dood van Christus, zien velen daarin
eenzijdig Gods liefde. Bij een recent onderzoek van duizend preken en even
zoveel meditaties bij een streng orthodox kerkverband in Nederland, bleek
slechts één preek over de wrake des Heren te gaan.
Vanwege de ernst van de
eeuwige toorn van God over de mensheid, volgt er nog een derde engel. Deze
brengt luide de verschrikking van de hellesmarten onder woorden. Om alle
misverstand te voorkomen, alsof Jezus alleen liefde is, wordt met naam en
toenaam gezegd dat de verdoemden met vuur en zwavel gepijnigd zullen worden.
Van die pijniging zullen behalve de engelen ook Jezus, de gekruisigde,
straks zonder medelijden getuige zijn. Wie zich nu niet met Gods toorn wil
bezighouden, zal die straks eeuwig moeten ervaren.
Na dit leven verandert het zwijgen over Gods oordeel, in blijvende wroeging
en zelfverwijt.
Hoe vreselijk het is in
handen van de levende God te vallen, leren de hellesmarten, die niet
tijdelijk zijn, maar voortdurend dag en nacht en tot in eeuwigheid zullen
duren.
Dat er tweemaal wordt gezegd, dat alle beestaanbidders en dragers van het
getal 666 eeuwig zullen delen in Gods toorn, betekent dat dit besluit
onherroepelijk vast staat voor God:
-
“Een derde engel volgde, zeggende met luide stem: Indien iemand het beest
en zijn beeld aanbidt en het merkteken op zijn voorhoofd of op zijn hand
ontvangt, die zal ook drinken van Gods gramschap, en hij zal gepijnigd
worden met vuur en zwavel ten aanschouwen van de heilige engelen en van
het Lam. En de rook van hun pijniging stijgt op in alle eeuwigheden, en
zij hebben geen rust, dag en nacht, die het beest en zijn beeld aanbidden,
en al wie het merkteken van zijn naam ontvangt.”
Dit gezicht stelt alle
geloof onder kritiek, dat niet door druk over de eigen schuld ontstaat. In
plaats van hemelse beloften wijst God de Vader in dit gezicht de postmoderne
mens de ware betekenis van het uur van Gods vreselijk oordeel over Jezus
Christus, de Redder der wereld.
Het geluid uit de hemel en de drie engelen waarschuwen christenen op
ernstige wijze in het vreselijk oordeel over Gods Zoon hun ware toestand
onder ogen te zien en Jezus te aanbidden.
Dit gezicht maakt openbaar
dat gelovigen die met Christus sterven aan de eigen zonden, tevens door het
geloof in zijn dood zullen worden gered. De dood van Gods Zoon wordt de dood
van iedereen die zijn dodelijke schuld ziet in Gods oordeel over Jezus. Door
Gods veroordeling van Jezus komt de ernst van de eigen schuld in het vizier,
maar tevens de uitweg. Iedereen die door de dood des Heren sterft aan zijn
eigen schuld, en de Here smeekt om een uitweg wordt zalig. Want God is
getrouw elke schuldbelijder zijn schuld te vergeven! Immers de hemel zegt
dat de doden zalig zijn, die door de veroordeling van Christus als een dode
wordt en sterft in de Here:
-
“Hier blijkt de volharding der heiligen die de geboden Gods en het geloof
in Jezus bewaren, die de geboden van God en het geloof in Jezus bewaren.
-
En ik hoorde een stem uit de hemel zeggen: schrijf, zalig zijn de doden,
die in de Here sterven, van nu aan. Ja, zegt de Geest, dat zij rusten van
hun moeiten, want hun werken volgen hen na.”
NAAR BOVEN